Madrid, 7 december 2013

9 december 2013

Lieve Catootje,

Na een stormachtige reis ben ik weer veilig aangekomen in Spanje. Ik wil je nog eens bedanken voor de prachtige tekeningen en liedjes. Wat was het gezellig hè, de afgelopen weken. Je had het ook zo feestelijk gemaakt in huis. Alle sintboeken uitgestald, Hoor wie klopt daar kinderen van Bert en Ernie volcontinu in de cd-speler. En dan de verkleedpartijen!

Ik vond het leuk om je weer met je vrienden en vriendinnen te ontmoeten in mijn logeerhuis. Vorig jaar gaf je me nog een hand terwijl je achter de rug van je moeder stond, maar nu stapte je zo op me af en haakte je geestdriftig in bij de polonaise.


Je zusje vond het nog wel een beetje spannend, geloof ik. Maar alles komt op zijn tijd, hè. En toen jij zo veel durfde, deed zij het ook.

O ja, ik zou nog antwoord geven je vraag. Natuurlijk is het mogelijk om bij mij te komen werken. Met de drie pietendiploma’s die je dit jaar weer hebt gehaald op streetdance, zwemles en in mijn Sinterklaashuis voldoe je aan alle eisen. Zoals jij over daken kunt lopen en door schoorstenen weet te kruipen! Zelden heb ik iemand gezien die het onderdeel stoombootnavigatie zo snel onder de knie had.

Ik kan ook meteen de uitslag van je theorie-examen meedelen: je bent cum amygdalum geslaagd (dat betekent ‘met amandelen’ – de hoogste lof, want zonder amandelen geen marsepein of versierde speculaas). Pepernoten verdelen, rijmwoorden verzinnen, ingewikkelde cadeauvraagstukken oplossen; je deed het perfect in je werkboekjes.

De luisterpiet vertelde dat je ook in Naturalis geweest bent, op bezoek bij een goede bekende van je.

Nou hield je toch al van dit museum, maar met Freek zo alomtegenwoordig zou je er wel willen wonen, begreep ik. Samen met je vriendinnetje had je alle 45 dieren van de speurtocht zo gevonden.

Het was ook eigenlijk niet zo’n verrassing voor mij dat je stond te juichen toen je een Freekpakketje in je schoen vond. De houten koningscobra kon mooi toekijken hoe jij al die potjes kwartet won.

Ik begreep dat jullie bij Naturalis trouwens nog een paar nieuwe diersoorten ontdekt hebben. Ik zal volgend jaar in Freeks gedicht vragen of hij die in het kwartetspel kan opnemen.



Dag lieve Catootje. Het valt me zwaar om weer twaalf maanden door te brengen zonder jouw prachtige sinterklaasliedjes, maar je glinsterogen draag ik in mijn hart. Ik zal aan je denken terwijl ik pootjebaad in de branding van de Middellandse Zee.

Tot volgend jaar!

Sinterklaas

—-

  • Hier meer over Cato’s liefde voor Freek de bioloog. Voor Catootjes die net zoveel van spelletjes als van de bioloog houden, is het kwartet dan ook onmisbaar. Freeks speurtocht in Naturalis is ook een aanrader. Met een afvinklijstje ga je langs de vaste collectie waar Freek Vonk met filmpjes, geluidsopnames en geschreven verhaaltjes meer over de dieren vertelt.
  • Er zijn nogal wat sinterklaashuizen, maar dit huis was verreweg onze favoriet. Toen het opgedoekt werd, weken we uit naar deze.
  • Als je googelt op ‘werkboekje sinterklaas groep 4’ kun je naar hartelust downloaden. Van juf Shanna of Antoinette bijvoorbeeld. Dit boekje vond Cato ook erg leuk (even gratis registreren bij de leermiddelendatabase).
  • Een aantal van onze lievelingssinterklaasboeken staat hier.

Cato schrijft

26 april 2013

Er is iets waar Cato het meest van houdt en dat is spelletjes spelen. Nee, dat is niet waar. Ze houdt ook erg van barbies aankleden, fietsen, kleuren in haar topmodelboeken, rauzen, films kijken, oogschaduw opsmeren, met transformers spelen, ijpetten, grapjes maken, tikkertje doen en voorgelezen worden. Cato houdt het meest van leven, denk ik.

Opnieuw.

Er zijn veel dingen waar Cato van houdt en op een gedeelde eerste plaats staat spelletjes spelen. Ze kan met gemak vierhonderd keer achter elkaar mens-erger-je-nieten, maar dan zit ze op het laatst wel in haar eentje, want ondanks vijf huisgenoten is er niemand die net zo veel van bordspellen houdt. We hebben onze kaarten ingezet op Victoria – u begrijpt waarom er een vierde kind gekomen is.

Om het voor iedereen een beetje leuk te houden, zorgen we regelmatig voor nieuwe aanwas van spellen. Zo kregen wij op vijf december Wat schets je me nou? in de zak. Onder het motto ‘gedeelde smart is halve smart’ kent Wat schets je me nou? een absoluut minimum van vier spelers. Cato kon haar geluk niet op. Iedere ochtend als ik met dikke ogen uit bed kwam, klonk er vanuit de woonkamer een opgetogen ‘Ha, daar ben je eindelijk’ en werd ik verwelkomd door een speltafel, onberispelijk gedekt voor vier spelers. Het wachten was slechts op twee ontwakende medespelers.

Wat schets je me nou? is een soort telefoonspelletje: je fluistert iets in iemands oor, die fluistert het weer aan een ander en aan het eind van de ketting is het lachen geblazen als de uitkomst heel anders is dan het eerstgefluisterde woord. In het bordspel gaat het met woorden én tekeningen die je aan elkaar doorschuift. Soms een makkelijk woord: poes of boot, soms een lastige: huisgenoot of sciencefictionfilm. Overigens hoef je niet te kunnen tekenen om het spel te spelen – ons hele gezin is daar een levend voorbeeld van. Je moet alleen een beetje kunnen lezen en schrijven.

En dan is zo’n spel met mensen van verschillende leeftijden toch leuk. Ook na een kleine drie miljoen potjes kan Cato me verrassen. Ik moest het woord ‘scheepswrak’ tekenen (geen commentaar graag).

En Cato moest raden wat het was.

Rien ne va plus

17 april 2011

Philip had van zijn zakgeld een roulettespel gekocht. Met draaischijfje, speelveld en fiches, allemaal echt. Nadat het spel een paar keer gespeeld was en alle bezoekers aan een gokje onderworpen waren geweest, besloot Jet dat het tijd was voor het echte werk. Er moest een casino komen.

Ze had haar vader uitvoerig geconsulteerd: wat doet men zoal in een casino, hoe ziet het eruit? De kamer werd dienovereenkomstig ingericht. Stoelen rond de speeltafel, wasmand omgekeerd als dranktafeltje en een wijnfles gevuld met diksap. Want er moest gedronken worden.

John had verteld dat casino’s graag willen dat hun gasten flink drinken. Dan wordt je namelijk wat overmoediger, zet je nèt iets meer geld in dan verstandig is. Zo zijn er ook speciale avonden waarop dames gratis mogen drinken. Als het gratis is, drink je nog een beetje meer.

Je verzint het niet, maar toevallig was het vandaag juist ladies’ night! Hadden Jet en Cato even geluk.

Ze hadden zich erop gekleed. Het zilveren paillettenjurkje dat we laatst voor Jet in een hindoestaanse winkel hadden gekocht kwam uitstekend van pas. Met een jasje voor het nette.

Cato ging in assepoesjurk. Met -verrassend- ook een jasje.

Er werd al meteen duchtig in het glaasje gekeken. Het viel ook niet mee om de juiste keus te maken. Zet je in op vier vakjes, zodat je misschien wel negen keer uitbetaald krijgt? Of toch op een oneven nummer, waardoor je meer kans hebt, maar slechts een uitbetaling van 1:2 kunt krijgen?

John zou John niet zijn als hij er niet een kleine introductie tot de kansberekening aan vastknoopte. Hij had verteld dat je bij roulette op lange termijn altijd geld verliest. Dat komt omdat de uitbetaling niet overeenkomt met de kans. De uitbetaling is namelijk gebaseerd op 36 getallen, terwijl er 37 zijn (de nul telt ook mee).

Dus heb je soms mazzel.

En soms vette pech. Dan valt het niet mee om al je fiches weggeharkt te zien worden. Rien ne va plus, het geld is niet meer van u!

De croupier had voor de gelegenheid zijn five o’clock shadow laten staan. Hij schonk de glazen nog maar eens vol.

De roulettetafel werd vervangen door het edele blackjack-spel. Ook bij blackjack is het casino in het voordeel: bij gelijke stand wint de bank namelijk. Dus als je allebei achttien punten hebt, krijgt de bank de poet.

Dat weerhield de dames er niet van om toch te spelen. ‘Wacht maar’, zei Jet, ‘hiermee krijg ik mijn geld wel terug!’

Ze deed erg haar best.

Aan haar concentratie lag het niet.

Toch had ze aan het eind haar inzet niet terug. En Cato ook niet.

Maar ze hadden wel een leuke middag gehad. We besloten dat je best lol kunt hebben in een casino, maar dat je ervan moet uitgaan dat je er alleen geld naartoe brengt. Net als wanneer je een café zou bezoeken of een bioscoop. Als je het zo bekijkt, is er niks op tegen om in je paillettenjurk naar een ladies’ night te gaan.

Landen van de wereld

13 december 2010

Eigenlijk is topografie bij uitstek iets wat je leert door het toe te passen. Lezenderwijs, terwijl je op VOC-schepen naar Kaapstad, Réunion en Java reist, of met Jan Terlouw mee naar Pjotr in Rusland. En levenderwijs, tijdens autoritten met de kaart op schoot of als je naar het journaal kijkt.

Maar er zijn nog meer prettige manieren om het op te pikken. Sinds een week zijn we in het bezit van Landen van de wereld, in een blikken doos van mooiespellenfabrikant HABA. Toen de familie Bolleboos met haar vijf schatjes weer eens op bezoek was, brachten ze het mee om te proberen. Ik was niet meteen overtuigd, want het Jumbospel Tien voor topo hebben we na drie halfbakken pogingen heel ver achterin de spellenkast gezet wegens intense saaiheid. Maar deze bleek een instant-hit.

Zo groot was het succes, dat het op 5 december ook voor ons in de zak zat. En sindsdien wordt het dagelijks gespeeld. Vrijwillig.

De tijdspanne is prima: maximaal een kwartiertje, zodat je er gul nog eens een extra potje tegenaan kunt gooien. Zelf ben ik ondanks twaalf jaar aardrijkskundeonderwijs geen kei in topografie. Dat maakt me een bijna volwaardige tegenstander, wat de speelvreugde verhoogt (‘Mám, denk even na… Dat zijn de Filipijnen!’). 

Ik weet niet hoe lang het duurt voordat we alle landen, hoofdsteden en vlaggen uit ons hoofd kennen, maar ik denk dat het spel tegen die tijd zijn nut wel bewezen heeft.

Handig

  • Toporopa, een van de beste toposites die ik ken. Simpel, doeltreffend, overzichtelijk. Met extraatjes als monarchieën, veldslagen en het altijd lastige verschil tussen eurolanden en EU-landen die géén euro hanteren.
  • Topomania, voor alle overige landen en werelddelen, omdat Toporopa alleen Europa betreft. Fijn dat je het ook kunt gebruiken om te oefenen, niet alleen om te toetsen. Gemaakt door een handige vader.
  • Fairtoys, de winkel waar ik Landen van de wereld gekocht heb. Een aanrader: gratis verzending vanaf 30 euro en uitstekende service.
  • Als je liever ook topo uit een boekje leert, dan vind ik de topotrainers van Kinheim erg goed. Simpel, doeltreffend en nog een soort van leuk vanwege het nakijkvel met kleurtjes. Bij Kinheim hoef je niet per vijf stuks te bestellen, zoals veel onvriendelijke uitgevers eisen, maar kun je een pakket samenstellen van tien werkboekjes naar keuze. Een andere uitgever die thuisonderwijzers ter wille is door boekjes per stuk te verkopen is Bekius Schoolmaterialen, waarover ik hier al eerder schreef.

Cadeautips

28 november 2010

Er zijn momenten dat je er trots op bent Europeaan te zijn. Ik bedoel: de Russen waren het eerst in de ruimte, de Afrikanen hebben de snelste marathonlopers en Amerika is Amerika.

Maar kijk even waar wij mee kunnen pronken.

En dan denk je: ja, ja, die geluidjes zijn er alleen voor de reclame ingemonteerd. Niks daarvan!

Gelukkig is er ook een voor de Nederlandse markt. En dat niet alleen, er zijn zelfs uitbreidingsmogelijkheden. Want waarom zou je alleen met dierlijke uitwerpselen dobbelen als er zoveel meer mogelijkheden zijn?

Je vraagt je af, kan het nog beter, kan het nog verfijnder? Een schijtende teckel, een hoofd met snotdraden, is er een bolleboos in de spellenbranche die dit kan evenaren?

Nou en of. Ik weet niet hoe ze het doen, maar het talentenklasje van fabrikant Goliath heeft alwéér zo’n prachtig product op de markt gebracht. Educatief en actueel, want de roep om voedingsonderwijs wordt allengs luider. En Goliath heeft hem gehoord.

Vanaf nu zullen alle kindertjes weten wat er gebeurt als je te veel hamburgers eet.

Mocht Sint nog een gaatje over hebben in de zak, doe er dan je voordeel mee. Philip en Jet zouden waarschijnlijk vooral Takkie Kakkie erg kunnen waarderen, als ze in zo’n bui zijn.

Met dank aan AdFreak.

Het lijkt wel gisteren, ik weet het. En toch is het alweer twee weken geleden dat de eerste Gastspreker hier acte de présence gaf.

Mijn tweede gast is bekend van het fantastische weblog wiskundemeisjes, waar je zomaar uren kunt doorbrengen. Zo is Philip nog steeds van plan het speelkaartenveelvlak te maken, ben ik nieuwgierig naar De man die kon rekenen en blijft het archief van Volkskrantcolumns een feest (deze bijvoorbeeld, of deze). En dan heb ik nog niet eens de rekenpuzzels genoemd. Maar ach, je kunt blijven citeren uit een bron die zo onuitputtelijk is; ga vooral zelf kijken. Ik ben heel blij dat ze voor dit blog tijd heeft willen maken.

Dames en heren, mag ik een warm applaus voor:

Ionica Smeets

———————

Aan de slag met wiskunde

Al bijna vier jaar laat ik samen met mijn collega Jeanine Daems zien hoe leuk wiskunde kan zijn op wiskundemeisjes.nl. Speciaal voor Pascale en andere (thuisonderwijs)ouders dook ik in onze archieven. Wat kun je voor leuks met je kinderen doen aan wiskunde, ook als je zelf geen wiskundeknobbel hebt? Hierbij drie tips.

fractalkoekjes

Fractalkoekjes bakken

De steeds herhalende structuur van fractals is heel makkelijk te maken met… koekjesdeeg. Als de koekjes in de oven liggen, kun je de kinderen iets meer vertellen over fractals. Bijvoorbeeld dat de kustlijn van Noorwegen heel erg op een fractal lijkt. Hetzelfde geldt voor de grens tussen Spanje en Portugal en daarom is die niet zo makkelijk te meten, zoals dit filmpje duidelijk maakt.

wiskundewandeling

Wiskundig wandelen in Utrecht, Amsterdam of Nijmegen

Leuk om te combineren met een museumbezoek of een ander uitje: een wandeling met allerlei wiskundige puzzels. Zelf heb ik nog steeds geen van deze wandelingen gelopen, maar ik heb uit betrouwbare bron dat ze alledrie de moeite waard zijn!

lucifers

Een spelletje met lucifers
Jeanine beschrijft in deze column het spel Nim, een heel eenvoudig spel waarbij de tweede speler altijd kan winnen. Leg de regels uit aan je kinderen en laat ze zelf een paar keer spelen. Verbazingwekkend vaak hebben kinderen de truc vrij snel door. Zo niet kun je ze een handje helpen door te vragen wat er gebeurt als er nog maar vijf lucifers liggen. Als je thuis een stel bollebozen hebt zitten, dan geef je ze een moeilijkere versie.

En verder?
Je kunt zó veel leuks doen met wiskunde! Je kunt veelvlakken bouwen, of zelf een symmetrisch tegelpatroon tekenen. Of als je bijvoorbeeld iets wilt uitleggen over grote getallen, dan kun je vier dezelfde bekers vullen met m&m’s, suiker, fijn zand en water. Laat de kinderen raden hoeveel m&m’s, suikerkorrels, zandkorrels en watermoleculen er in die bekers zitten.

Op onze blog wiskundemeisjes vind je nog veel meer ideeën. Kijk ook bij eens de boekjes van Vierkant voor Wiskunde. Hun wisschriften over onderwerpen als Geheimschrift zijn geschikt vanaf groep zes.

Succes en veel plezier!

Het honderdveld?

Het honderdveld!

Ja, wij kennen het honderdveld. Is dat niet zo’n hulpmiddel met hokjes waarvan je nooit goed weet wat je ermee moet, als je kind alle getallen tot honderd inmiddels wel kent? Dat je denkt: nou, alsjeblieft. Honderd vakjes. Met een getal erin.

Precies, dat is ‘em.

Maar dan lees je weer eens wat vakliteratuur en zie je plots de waarde van zo’n vel met hokjes. Want je mag dan wel tips geven om alledaags rekenen te stimuleren, en je klopt jezelf wel op de borst over die weloverwogen Singapore Math rekenmethode, je blijft natuurlijk een armoeiige alfa die altijd openstaat voor wiskundesuggesties. (Terzijde: ik kan verklappen dat de volgende Gaststpreker helemaal in dit thema past.)

Omdat Jet gisteren riep dat ik de afgelopen tijd ‘zulke leuke, nieuwe ideeën’ had, durfde ik het wel aan om wat gedartel in het honderdveld te introduceren; spelletjes uit het boek van Ruth Beechick, de nuchtere grootmoeder van de toegepaste thuisonderwijskunst. En aangezien het zowaar in de smaak viel, zet ik het hier ook neer.

Men neme een honderdveld. Je kunt het bovenstaande veld uitprinten of een van de andere velden die je met het googlewoord krijgt. Vervolgens zijn er oneindig veel mogelijkheden. Ik geef er een paar, voor oud en jong door elkaar:

  • Raak bekend met het hele veld. Begin bij je leeftijd en tel met je vinger in sprongetjes van 2, 5 of 10.
  • Welke kant ga je op als je optelt? En als je er getallen afhaalt?
  • Tel in tientallen, maar begin bij 3. Tel in tientallen en begin bij 7. Begin op willekeurig welk cijfer op de eerste rij en tel er telkens 10 bij op.
  • Tel met willekeurig welk getal, maar begin op een vreemde plaats. Begin bijvoorbeeld bij 17 en tel er telkens 5 bij op. Of begin op 23 en ga verder met sprongetjes van 2.
  • Doe de tafels. Begin op vakje 8, tel verder naar 16, 24 enzovoorts. Wat valt je op? En kijk naar de tafel van 9, die een heel mooi diagonaal geeft. Waarom is dat? Je kunt de vakjes ook inkleuren.
  • Zoek naar patronen. Bijvoorbeeld: begin bij 7 en tel 4 vakjes verder. Begin bij 27 en tel 4 vakjes verder. Neem een willekeurig getal dat eindigt op een 7 en tel er 4 bij op. Welk patroon zie je?
  • Begin bij 96 en tel terug met 10 vakjes per keer. Of met 3 per keer.
  • Splitsen: noem om de beurt een getal. De ander wijst op het veld aan hoeveel vakjes er zijn tot 100. Of bij jongere kinderen: tot 10.
  • Begin op 9 en tel er 9 bij op. Begin op 19 en tel er 9 bij op. Begin op 39 en tel er 9 bij op.
  • Kijk naar procenten. 10 procent betekent ‘tien van de honderd’. Op het veld zijn dat dus 10 vakjes. Kleur nu eens 30 procent van het honderdveld. Of 45 procent.
  • Begin ergens op de eerste rij en tel er steeds 11 bij op. Kun je voorspellen wat er gebeurt als je op 42 begint en je telt er 11 bij op? Kun je een regel bedenken? (één rij naar beneden, één hokje opzij)
  • Kijk naar breuken. Wat is de helft van 100? En welk getal is ¼ van 100? Wat betekent ¼ precies? Kijk ook naar andere breuken, achtsten of vijfden bijvoorbeeld.
  • Neem je schoolrekenboek of print een paar rijtjes uit met sommen tot 100, en reken alles uit met het honderdveld.
  • Streep de 1 door. Kijk vervolgens naar de 2, maar streep hem niet door – streep wel alle veelvouden van 2 door (alle getallen die je krijgt als je iets met 2 vermenigvuldigt), alle even getallen dus. Kijk dan naar het volgende getal dat nog niet doorgestreept is: de 3. Weer: niet doorstrepen, maar wel alle veelvouden ervan afkruisen (6 was al doorgestreept bij de veelvouden van 2, dus je gaat verder met 9, 15, 21 enzovoorts). Het volgende getal dat nog niet was afgestreept, is de 5. Nogmaals: 5 niet doorstrepen, maar wel alle veelvouden ervan. Wat is het volgende open hokje, welk getal is nog niet afgestreept? Kruis iedere veelvoud daarvan af. Ga zo door totdat je niet meer verder kunt. Als je geen fouten gemaakt hebt, dan zijn alle vakjes die nu nog open zijn, priemgetallen (getallen die alleen gedeeld kunnen worden door 1 of door zichzelf). Dit afstreepwerkje heet de Zeef van Eratosthenes.

Ouders, en zeker ook thuisonderwijzende ouders, kunnen vaak niet wachten tot hun kind het schoolwerk zonder hulpmiddelen volbrengt. De dag dat je kleuter niet meer op zijn vingers telt, is er een om een traantje bij weg te pinken. De dag dat je zesjarige, lang vóór alle andere zesjarigen, sommen maakt zonder getallenlijn of blokjes, is de bevestiging dat het hele (erfelijke, uiteraard) pakket van talent en genialiteit eindelijk aan de buitenwereld geopenbaard wordt.

Dus moffel je een honderdveld weg, als bewijs van goed rekenschap. En spoor je je kind aan uit zijn hoofd te rekenen, ook al zie je dat er in dat hoofd soms een muur ontstaat waar zelfs 3×4 niet meer doorheen komt.

Philip kende de tafels al op zijn zesde. Maar daar hoor je mij niet over. En dat hij op zijn negende vrijwel alle tafels weer vergeten was, behalve die van twee, vijf en tien, daar hoor je me nog minder over. Waar je me wel over hoort, is dat visualisatie echt helpt om inzicht te krijgen. En dat is waar het uiteindelijk om gaat: snappen waarom je iets doet.

———

De honderdveldtips heb ik voornamlijk overgenomen uit: Ruth Beechick, You Can Teach Your Child Successfully, Grades 4-8, 1999. Hier een korte beschrijving van het boek, onder ‘Thuisonderwijsfavorieten’.